Frederic Roekens, conseiller communal, interpellera le Collège ce 14 octobre 2020 sur les mesures dans la lutte contre les intoxications au CO:

CO-vergiftiging, de stille killer / intoxication au monoxide de carbone, le tueur silencieux

Met het begin van de herfst en de winter voor de deur wil ik aandacht vragen voor het aantal incidenten van CO-vergiftiging in Brussel. Die zijn de laatste jaren verdubbeld. Ook de hoeveelheid niet-dodelijke slachtoffers stijgt snel: van 49 in 2017 naar 153 in 2019.

Wanneer er sprake is van een slechte verbranding van gas, komt er CO of koolstofmonoxide vrij. Dat is een gevaarlijk en onzichtbare stof die ervoor zorgt dat er te weinig zuurstof in de ruimte overblijft. Slachtoffers kunnen het bewustzijn verliezen en er zelfs aan sterven.

Het Antigifcentrum verzamelt de meldingen van CO-vergiftiging bij ziekenhuizen en het parket. Daaruit blijkt dat er in 2017 nog 24 incidenten waren, maar in 2019 lag dat cijfer al op 49. Het aantal niet-dodelijke slachtoffers is maar liefst verdrievoudigd: van 49 slachtoffers in 2017 naar 153 in 2019. In 2017 vielen er geen dodelijke slachtoffers als gevolg van een CO-vergiftiging, maar in 2018 (1) en 2019 (2) wel.

Het probleem ligt bij de slechte staat van verwarmingstoestellen. Er zijn in Brussel huisjesmelkers die zo goedkoop mogelijk een verwarmingstoestel proberen aan te smeren dat dikwijls niet meer veilig is. De verkrotting van sommige woningen veroorzaakt ook onveilige CO-situaties. Mensen hebben geen geld om te voorzien in goede verwarming en schaffen zich dan onveilige bijzetvuurtjes op gas aan.

Brusselaars moeten hun verwarmingsketels op stookolie elk jaar laten onderhouden en andere verwarmingstoestellen om de twee jaar. Ook het installeren van een CO-alarm komt als oplossing naar voren maar bij vele mensen die in precaire situaties leven gebeurt dit niet.

Sint-Joost is omwille van vaak slechte woonomstandigheden gecombineerd met armoede een risicogemeente voor CO-vergiftiging.

Wat kan de gemeente doen?

In het eigen gemeentelijke woningpark kan de gemeente uiteraard toezien op de goede staat en onderhoud van de verarmingsinstallaties, alsook van het installeren van CO-alarmen.

Wat de privéwoningmarkt betreft zou ik de gemeente en het OCMW willen oproepen om een sensibiliseringscampagne te voeren. Met zo’n campagne is de burger beter geïnformeerd over maatregelen die de blootstelling aan CO helpen voorkomen, zoals een tijdige controle en onderhoud van verwarmingstoestellen, warmwatertoestellen en schoorstenen.

Indien die sensibilisering ook maar één slachtoffer helpt voorkomen is het al de moeite waard.

mvg

Frederic Roekens